Politiek geen optie voor luis in de pels Rob Lampe

Gepubliceerd op 7 juni 2016 om 23:57

ob Lampe stopt als leraar in het speciaal onderwijs. In de begeleiding van zeer moeilijk lerende kinderen maakte hij dankbaar gebruik van zijn alter ego, Sjef Bode. Maar hij heeft genoeg van de groeiende bureaucratie. En nee, deze luis in de pels gaat niet de politiek in. ,,Daar ben ik veel te ongeduldig voor.''

Naamloos-1434.png

Rob Lampe (63) maakte furore als Sjef Bode. Met dat alter ego probeerde hij in lichtvoetige filmpjes voor de toenmalige Omroep Amersfoort de kloof tussen het gemeentehuis en de bevolking te dichten. Die periode ligt al meer dan tien jaar achter hem. Toch wordt hij op straat nog bijna dagelijks aangesproken op zijn typetje, terwijl dat niet meer dan een uit de hand gelopen grap was. Voor de Limburgse Amersfoorter, bevlogen leraar op de Dr. A. van Voorthuysenschool voor zeer moeilijk lerende kinderen, stond het onderwijs altijd op de eerste plaats. Later deze maand komt ook daar een eind aan. Lampe heeft genoeg van 'al het geneuzel'. ,,Je zit als docent tegenwoordig meer achter een pc dan dat je voor de klas staat. Daar ben ik het onderwijs niet voor ingegaan.''

Hoe kijk je aan tegen alle onderwijsveranderingen van de afgelopen jaren?
,,Ik heb mijn twijfels over de term 'passend onderwijs'. Hartstikke leuk hoor, een leerling met een beperking op een reguliere school. Maar dan alleen in de lagere klassen, als kinderen nog heel tolerant ten opzichte van elkaar zijn. Er komt een moment dat zo'n kind niet meer mee kan komen en dat is slecht voor zijn zelfbeeld. Hij of zij is dan beter af op een speciale school. De participatiemaatschappij is in theorie heel mooi, maar de praktijk blijkt weerbarstiger. Vroeger gingen veel leerlingen naar de sociale werkvoorziening. Die is helemaal afgebroken. Nu moeten ze naar reguliere bedrijven. En dat is wennen voor werkgevers. Toch lukt dat aardig. Het is vooral de overheid die achterblijft met het scheppen van banen. Ik stop, omdat ik het handiger vind als nieuwe mensen zich bezighouden met alle veranderingen in de jeugdzorg.Wat ook meespeelt bij mijn besluit, is het inspectiegedoe. Ik krijg te maken met ambtenaren die nog nooit voor een klas hebben gestaan en mij uitleggen hoe het moet. Begrijp me goed: ik ben niet tegen veranderingen, maar die moeten wel een meerwaarde hebben.''

Wat maakt het werken met de doelgroep van de Van Voorthuysenschool zo boeiend?
,,Er zijn kinderen met Down, autisme en allerlei andere syndromen. En allemaal hebben ze moeite om zich de stof eigen te maken. Dus ga je op zoek naar wat ze wél kunnen. Daardoor groeien leerlingen. Een aantal van hen wordt ergens manusje-van-alles, in een bedrijfskantine bijvoorbeeld, of ze mogen de vaat opruimen of papier in de versnipperaar gooien. Ik heb ook weleens iemand in een garage geplaatst. Hij zal geen volwaardige monteur worden, maar heel langzaamaan krijgt hij er taken bij. Nu kan hij banden en uitlaten vervangen. Voor dergelijke pareltjes doe je het. Zo help je leerlingen aantoonbaar een stapje verder.''

Oorspronkelijk kom je uit het vmbo. Waarom ben je daar vertrokken?
,,De mentaliteit ging me tegenstaan. Het was fusie op fusie op fusie. Kinderen moeten zich gekend weten en niet zoekraken in een groter systeem. Op de Van Voorthuysenschool voelde het als thuiskomen. De doelgroep is heel direct en heeft geen verborgen agenda. Daar houd ik van. Of ze vinden je leuk en hangen om je nek of anders ben je een eikel. Dat laatste overkomt mij gelukkig niet vaak. Ik heb in mijn werk op een leuke manier misbruik gemaakt van mijn bekendheid als Sjef Bode. Het moest gek lopen, wilde ik er geen stageplek uitslepen. Op een gegeven ogenblik ben ik ook leerlingen gaan filmen. Velen vinden het moeilijk om thuis te  vertellen hoe het er ergens uitziet en wat ze precies doen. Het maakt hen heel trots, als ze hun ouders en opa en oma iets kunnen laten zien.''

 

Wanneer ben je naar Amersfoort gekomen?
,,In 1972, voor een opleiding aan de Academie voor Beeldende Vorming. Ik had kunstzinnige ambities, maar niet het lef om volledig voor de kunsten te  kiezen en te eindigen met een uitkering. Het onderwijs bood me inkomenszekerheid, het creatieve kon ik kwijt als leraar beeldende vakken. Van lieverlee ben ik andere dingen gaan doen, zoals de internationale schakelklassen voor Turkse en Marokkaanse kinderen, die hier vanwege de gezinshereniging naartoe kwamen en eerst goed Nederlands moesten leren. Daar bewaar ik ontzettend goede herinneringen aan. Die leerlingen komen me nu nog heel respectvol groeten en laten vol trots hun eigen kinderen zien. Wat me veel voldoening gaf, was de opleiding die ik voor de kwetsbaarste leerlingen heb ontwikkeld, de Algemene Voorbereiding op Maatschappij en Beroep. Die werd met toeters en bellen door de toenmalige staatssecretaris Ginjaar-Maas geopend, met in haar kielzog het NOS-journaal.''

Hoe was het voor een katholieke zuiderling om verzeild te raken in het calvinistische Amersfoort?
,,Dat was wel even wennen. Niet dat ik op zoek ging naar een kerk, hoor. Maar Amersfoort was destijds, zeker op zondag, een slaperig provinciestadje. In de loop der jaren is het veel bruisender geworden, mede dankzij oud-studiegenoten van mij als Terts Brinkhoff en Willem Borra (initiatiefnemers van theaterspektakels,  red.).''

Uit wat voor een gezin kom je?
,,Ik ben de jongste van negen kinderen. Toen mijn moeder in verwachting was van de derde, ging ze eens biechten. Dat deed je regelmatig. Haar buikje kon je niet goed zien. 'Alles goed en wel', zei die kapelaan, 'maar met periodieke onthouding is de kerk niet blij'. Mijn moeder was zo overstuur dat ze niets vertelde over haar zwangerschap. Vervolgens ging mijn vader, een Limburger van Friese afkomst, naar die kapelaan en zei: 'Als jij het sneller kunt, mag je het komen voordoen'. Na mij zijn er nog twee kinderen geboren, maar die hebben het niet gered. Vind je het gek? Mijn moeder was lichamelijk op. Ik was dyslectisch. Daar wisten mijn ouders niets van. Mijn vader, die erg prestatiegericht was, vond kennelijk dat ik te lui of te ongeïnteresseerd was en stuurde me naar een internaat, het klein seminarie, waar je werd opgeleid tot priester. Ik heb er drie jaar gezeten. Daar hebben zich geen ernstige misstanden voorgedaan, wel kreeg ik al op de eerste avond van andere jongens te horen welke paters graag seksuele voorlichting gaven of welke altijd wilden stoeien.''

Je zei ooit: mocht ik het over kunnen doen, dan werd ik cabaretier. Dat was je toch óók?
,,Eigenlijk wel, ja. Het begon met klusjes als spreekstalmeester. Later heb ik meegedaan aan het buutreednersconcours in Hooglanderveen, onder meer in de rol van kapelaan. Als Sjef Bode was het niet mijn ambitie om grappig te zijn, maar om de politiek dichter bij de burger te brengen. Mijn uitgangspunt was: als je denkt dat het anders kan, doe er zelf ook wat aan. Heel weinig raadsleden zijn makkelijk aanspreekbaar of ze zijn volslagen onbekend.  In al die jaren is er niets veranderd. Politici staan alleen in verkiezingstijd dicht bij de burgers. Als je een wethouder wilt spreken, moet je langs drie rijen communicatieadviseurs. Kun je niet zelf antwoord geven? Ga dan ook niet de politiek in.''

Wat let jou om de stap te zetten?
,,Ik vrees dat ik daar veel te ongeduldig voor ben. Bijna was ik raadslid geworden. Begin jaren negentig vroeg Kees van Engelenhoven van D66, een goede vriend, of ik bij de volgende raadsverkiezingen op de lijst wilde staan. 'Jij weet het allemaal zo goed', zei hij, 'doe dan ook maar mee.' Als partij zonder veel ideologie leek D66 geschikt voor mij. Ik kreeg de 32ste plaats toebedeeld. Ik werd dus lijstduwer. Totdat er een oproep kwam om op de onderste plaatsen te stemmen, want dan zouden er eindelijk eens andere mensen in de raad komen. Toen heb ik snel om een andere plek verzocht, halverwege de lijst. Uiteindelijk kwam ik, gelukkig, 25 stemmen te kort voor een raadszetel.''

Geen politiek dus. Wat ga je dan doen met de vrijkomende tijd?
,,Eerst houd ik een jaartje de boel af en wil ik genieten van mijn twee mooie kleinzoons. Ik blijf wel filmpjes maken voor Amersfoort Gezien, mijn YouTubekanaal. En ik ga wat vaker met Mieke (zijn echtgenote, red.) naar onze volkstuin in Achterveld. Nee, niet om te wieden, maar om kleine klusjes op te knappen. Wist je trouwens dat tuinieren een heel meditatieve bezigheid is?''.

Door redactie ad.nl/amersfoort/ Foto: Nico Brons

Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.