'Libanon werd afgedaan als vakantiemissie'

Gepubliceerd op 17 maart 2016 om 16:02

Veteranen uit de VN-missies in Libanon en voormalig Joegoslavië hebben de Tweede Kamer een brief aangeboden waarin ze hun beklag doen over de matige nazorg door het ministerie van Defensie.

864x486-114.jpg

Ze vinden dat Defensie niet aan de zorgplicht heeft voldaan. De brief is opgesteld namens bijna 500 veteranen. Veel van hen hebben materiële en immateriële schade opgelopen door hun uitzending. Ze lijden aan posttraumatische stressstoornis (PTSS). 

Voor deze veteranen met PTSS is het nog altijd oorlog, zeggen ze, oorlog in hun hoofd. Ze willen dat het ministerie meer nazorg biedt. Een vertegenwoordiging van de veteranen bood de Kamer vanmiddag een brief aan onder de titel Vulneratus Nec Victus (Gewond, maar niet Overwonnen). In de brief schrijven de veteranen dat het ministerie van Defensie hen "in de kou laat staan". 

Een van initiatiefnemers is Gerard Kempers. Hij ging in 1980 op missie naar Libanon als technisch specialist. Na de missie was hij niet meer dezelfde. "Ik kwam er verstrooid van terug. Ik had een vijfjarig contract en was al een paar jaar in dienst. Toen ik terugkwam uit Libanon, werd ik op een post gezet in Schalkhaar. Daar werd ik aan mijn lot overgelaten." 

Wat is Unifil? 

De United Nations Interim Force in Lebanon is een VN-missie die sinds 1978 gestationeerd is in het zuiden van Libanon. De missie moest aanvankelijk vooral Palestijnse strijders tegenhouden die vanuit Libanon aanslagen wilden plegen in Israël. Later werd de opdracht wat ruimer: Israël en de sjiitische beweging Hezbollah uit elkaar houden. 

Nederland leverde van 1979 tot en met 1985 een bijdrage aan Unifil. In totaal leverde Nederland in die periode 9084 man militair personeel. Tijdens de Unifil-missie zijn negen Nederlanders omgekomen. 

Kempers was relatief kort in Libanon, maar wat hij meemaakte, was niet minder indrukwekkend. "Ik zat midden in de plantages, in een gebied waar militanten van de PLO richting Israël vertrokken om aanslagen te plegen. Onze taak was om te zorgen dat die werden tegengehouden en ontwapend."

Het was te gevaarlijk om je hoofd boven het luik te doen.

Gerard Kempers

"Ik was groepscommandant en patrouillecommandant en lid van een quick-response-eenheid. Dus als er wat aan de hand was moesten we bijstand leveren. Op een gegeven moment moesten we stelling nemen op een heuvel. Ik moest naar beneden met mijn voertuig, in formatie met z'n allen. Toen lagen we vrij snel onder vuur, zes pantserwagens vol met personeel. We moesten onder de luiken, want het was te gevaarlijk om je hoofd boven de luiken te doen. We werden beschoten."

Wat wij hebben meegemaakt, is nooit doorgedrongen in Nederland.

Gerard Kempers

Deze en andere oorlogservaringen brachten Kempers zo van zijn stuk dat hij na terugkeer in Nederland een ander persoon was geworden. "Ik was niet meer die jongen die ik was toen ik er naartoe ging. Ik was minder spontaan, stiller, teruggetrokken, angstig, angstig voor geluiden. Alles scannen, ontzettend veel onrust in mijn lijf, ontzettend veel pijn, last van mijn benen, rug, nek. Mijn paniek overschreeuwen. Niet veilig voelen." 

Het posttraumatische stresssyndroom werd pas in 2009 vastgesteld bij Kempers. "Je hebt het zelf ook niet in de gaten. Dat is het bijzondere van PTSS. Het is iets dat kruipt in je systeem. Zonder dat je er zelf erg in hebt, verander je als persoon. Ik kon er niet over praten. Libanon werd een beetje afgedaan als de vakantie-missie, terwijl het verre van dat was. De gruwelijke dingen die wij daar hebben meegemaakt, zijn nooit doorgedrongen in Nederland." 

http://nos.nl/nieuws/ Foto: ANP/NOS

 

Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.