De vestiging van een asielzoekerscentrum op een bedrijventerrein in Breukelen lijkt geen weerstand te ontmoeten. Het zal nog wel geruime tijd duren voor vluchtelingen er hun intrek nemen. Eerst moet een vervallen bedrijfspand gesloopt worden en een nieuwe accommodatie gebouwd.
De huidige aanblik van het kantoor en de loods aan de Merwedeweg roept bij vluchtelingen vrijwel zeker herinneringen op aan de taferelen die ze nu juist ontvlucht zijn. Letterlijk geen raam is meer heel, het dak is voor een groot gedeelte ingestort.
Het complex staat al zo lang leeg dat omwonenden niet eens kunnen melden welke bedrijvigheid er ooit plaatsvond. Alleen nieuwbouw kan hier honderden asielzoekers onderdak bieden.
400 asielzoekers
Het Centraal Opvangorgaan Asielzoekers (COA) hoeft er niet op te rekenen hier op korte termijn circa 400 asielzoekers onder te kunnen brengen. Als het zo ver komt, zitten de vluchtelingen pal aan het Amsterdam-Rijnkanaal, op een steenworp afstand van het station en de snelweg, maar op ruim anderhalve kilometer lopen van het centrum van Breukelen. COA-woordvoerder Jeanette Scholten zegt nog niet te kunnen reageren op de locatie.
Ook gezinnen
De directe buurman van het complex, de particuliere school voor voortgezet onderwijs Vecht College, ziet in de komst van een asielzoekerscentrum een mogelijkheid verlost te worden van de desolate toestand bij de buren, maar heeft wel een reeks wensen. Belangrijkste daarvan is volgens rector Quintijn Schenkel dat er niet alleen alleenstaande mannen, maar ook gezinnen worden ondergebracht.
Schenkel: ,,Het Vecht-College is bereid maatschappelijke verantwoordelijkheid te dragen en staat vooralsnog gematigd positief tegenover de opvang van asielzoekers aan de Merwedeweg, maar het is onwenselijk een opvang voor bijvoorbeeld uitsluitend mannen zonder gezin en/of jongeren zonder ouders in te richten naast een school voor voortgezet onderwijs,'' aldus Schenkel.
Rode Dorp
In het Rode Dorp, de kleine arbeiderswijk op een steenworp afstand van de beoogde opvanglocatie, zit zeker niet iedereen op een asielzoekerscentrum te wachten, maar leert een korte rondgang dat veel bewoners begrip hebben voor de noodzaak vluchtelingen ergens onder te brengen. ,,Het maakt mij niet uit. Die mensen moeten ergens wonen en het is nu een zootje daar,'' zegt Rob Schaftenaar. Adriana Herman: ,,Ik heb niks tegen die mensen. ,,Vierhonderd is wel massaal, maar het is ook weer niet direct hier in de straat. Iedereen moet kunnen leven zoals hij wil, als ik er maar geen last van heb, dat geldt net zo goed voor Nederlanders.''
Een oudere bewoner van de Oldenbarneveldstraat zit zeker niet te wachten op het opvangcentrum, maar wil zich er ook niet tegen verweren. ,,Ik ben er niet blij mee, maar als ze komen, het zij zo.''
Een andere bewoonster in de straat, die niet bij naam genoemd wil worden, zegt zich wel voor te kunnen stellen dat mensen bezorgd zijn. Dat blijkt ook uit reacties in de groepsapp, waarmee veel inwoners van het Rode Dorp met elkaar communiceren, zegt ze. ,,Maar van massaal verzet is geen sprake'', zegt ze.
Roeland Franck/ ANP/ © ANP
Reactie plaatsen
Reacties