'Gemeenten leunen achterover als het om asielopvang gaat'

Gepubliceerd op 28 april 2016 om 09:15

Al weer vijf maanden geleden maakten Rijk, provincie en gemeenten harde afspraken over nieuwe opvangplekken voor asielzoekers. Dat heeft 'netto' nauwelijks wat opgeleverd, constateerde deze maand het Centraalorgaan Opvang Asielzoekers (Coa). Hoe kan dat?

media_xl_3767220-1.jpgJacques Tichelaar, commissaris van de koning in Drenthe, is lid van het landelijk bestuursoverleg dat belast is met het zoeken naar voldoende plekken voor nieuwkomers. Hij ziet dat verschillende bestuurders 'een te afwachtende houding' aannemen bij het nakomen van beloften.

Uw overleg heeft nog geen succes gehad, hoe komt dat?
"We moeten inderdaad zorgen dat als we iets beloofd hebben, we daar ook voor gaan staan. Maar er zijn voortdurend andere onderwerpen die er tussendoor fietsen. Gemeenten laten zich afleiden. Om een voorbeeld te noemen: het debat over kleinschalige opvang. We hebben afgesproken in het bestuursakkoord dat 200 mensen op één opvangplek de ondergrens is. Dan komt er een burgemeester die zegt: ik wil liever vier keer 50 mensen op verschillende plekken in mijn stad.

"Ja, denk ik dan, dat is prachtig, maar daarmee wordt het ook vier keer zo duur. Want er moet beveiliging geregeld, scholen, medische verzorging, noem maar op. En wie betaalt dat? Dus daarna gaat het debat over de behoefte aan meer geld van het Rijk. Allemaal logisch, maar ik zeg: zullen we nu eerst eens gaan uitvoeren wat we afgesproken hebben?"

Zulke debatten zitten de uitvoering van het akkoord in de weg?
"Laat duidelijk zijn: er is hard gewerkt sinds dat akkoord. Er zijn regietafels gekomen waar provincies en gemeenten overleggen over locaties om asielzoekers op te vangen en huizen waar statushouders naartoe kunnen verhuizen. Er zijn nieuwe plekken bijgekomen, maar er zijn er ook weer verdwenen. Die taakstelling die we op ons hebben genomen, namelijk 2500 nieuwe plekken per provincie en 500 per veiligheidsregio in 2016, die klus moet nog geklaard worden.

"De tijd dringt. En gemeenten moeten ook veel meer woningen ter beschikking stellen voor vergunninghouders. Dus ik zeg: gemeenten, leun nu niet achterover, ga aan de slag."

Waarom leunen ze achterover?
"Dat kan overal aan liggen. De opvang van asielzoekers is voor gemeenten een ingewikkeld opgave, dat begrijp ik heus wel. Maar nu is het weer de voorjaarsnota die eraan komt en waar mogelijk meer geld voor de opvang in vrij komt.

Laten we dat dan maar even afwachten, klinkt het dan snel. Of het is de onzekerheid over wat er nu in Turkije en Griekenland gaat gebeuren. De instroom van asielzoekers naar ons land is sterk teruggegaan, we hebben er nu zo'n 400 per week, in het najaar hadden we er 4000. Dus dan denken sommige bestuurders: oh, het valt wel mee.

"Maar: als de route wordt verlegd naar Libië, dan gaat de instroom weer behoorlijk omhoog. En we willen niet weer met bussen rondrijden terwijl we eigenlijk niet weten waar we die mensen naartoe moeten brengen."

Door: redactie Trouw / Foto: ANP

Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.