Oud-hoofdcommissaris Joop doet zijn boekje open

Gepubliceerd op 25 mei 2016 om 08:45

Ooit was hij hoofdcommissaris en loste hij moorden op, onder andere. Nu schrijft hij.

Oud-hoofdcommissaris Joop doet zijn boekje open

INSPIRATIE

Hij zit in het tramhokje op de Leidsestraat, „hier werd ze op klaarlichte dag aangetroffen.” Tram 1 rijdt voorbij en Joop van Riessen staat op. „Een dode vrouw…” Zijn ogen sprankelen, „zo begint mijn verhaal.” Moord op de Tramhalte is zijn achtste boek met chef Zware Criminaliteit Anne Kramer in de hoofdrol.

Inspiratie haalt hij uit zijn eigen uitgebreide politieverleden én zijn dochter, „ik ben tenslotte geen vrouw”, lacht hij. „Als ik haar dan weer eens over een fout vriendje hoorde, zette ik mijn oren wagenwijd open.” 

BA' ER

Hallo Joop! Een motoragent komt over de tramrails aangereden. Hij zet zijn helm af, schudt de voormalige hoofdcommissaris stevig de hand en vraagt hem naar zijn boek. „Ik kom morgen wel even langs het bureau”, zegt Van Riessen. „Neem ik er een voor je mee.” Hij loopt rechtsaf de Keizersgracht op en wordt nog zo’n vijf keer vriendelijk toegeknikt. Mensen kennen hem, zeker de oudere generatie Amsterdammers. Maar er was ook een tijd dat hij niet zo enthosuiast werd begroet op straat, verklapt hij. 

IRT-AFFAIRE

Begin jaren negentig was hij het die de IRT-affaire aan het rollen bracht en zo naar boven kwam dat politie en justitie samenwerkten met criminelen. Grote hoeveelheden drugs werden doorgelaten in de hoop grip te krijgen op de drugbazen. „Ik voelde aan alles dat dit niet goed was, ik trok aan de bel en een grote chaos ontstond.” Pas vier jaar later, nadat uit de parlementaire enquête bleek dat hij goed had gehandeld, werd hij weer normaal begroet. De oud-politieman haalt zijn schouders op en loopt de Bagels & Beans in. „Ik kan wel wat hebben, hoor.”

KINDERMOORDEN

Toch zijn er zaken geweest die hem heel erg raakten, zoals de Kindermoorden van Amsterdam Zuid. Het waren de beginjaren zeventig en hij herinnert zich de namen nog als de dag van gisteren, Heleentje Isaac (10) en Basje Bloemena (9), gewurgd door de pedofiele bladenman Gerard Spruit die rondfietste op zijn bakfiets vol Donald Ducks. „Toen ik hem pakte, sprak hij de woorden die ik nooit meer zal vergeten.” De hoofdcommissaris in ruste schudt zijn hoofd als hij de woorden uitspreekt. „Zeg Joop, wil je even mijn rijbewijs verlengen?” Ik heb nooit mensen dood gewenst, vervolgt hij en knijpt zijn ogen even samen, „maar deze man wel.” Zijn auto heeft Spruit overigens nooit meer van binnen gezien, de Kindermoordenaar van Zuid werd levenslang achter slot en grendel gezet en pleegde zelfmoord in zijn cel.

GEEN JALOERSE VROUW, GELUKKIG

Van Riessen bestelt een cappuccino en een glas water. Ook altijd zijn routine voordat hij gaat schrijven. Na de koffie gaat hij dan altijd naar zijn huis aan de Prinsengracht en sluit zich op in zijn ‘schrijfhok’ met Anne Kramer. Met een knipoog: „Mijn vrouw is gelukkig nooit jaloers.” Van tien tot vier schrijft hij, „en daarna neem ik een lekker glaasje.” Hij lijkt op Anne, besluit hij. Ze is impulsief, gaat op haar gevoel af en is en soms ‘best een driftkikker’, „net als ik, daarom schrijft dat zo lekker.” 

OVER JOOP

Joop van Riessen (73) is voormalig hoofdcommissaris van de Amsterdamse politie. Hij begon zijn carrière in 1965 als inspecteur aan het bureau Warmoesstraat en verliet het korps als hoofdcommissaris in 2004. Hij zit niet graag stil -rent zelfs hard- en hij is gaan schrijven. Elk jaar en nieuw boek. In 2009 verscheen zijn eerste boek en onlangs is zijn achtste politiethriller met Anne Kramer in de hoofdrol verschenen bij uitgeverij De Kring: Moord op de tramhalte. Het verhaal begint in het heden met een dode vrouw in het tramhokje en speelt zich grotendeels af op Huize Patna, een villa in Bloemendaal en in het verleden, de Tweede Wereldoorlog. Zijn oma speelt een rol in het boek en voorin staat dan ook: opgedragen aan oma Elisabeth van Riessen-Duijs. 

Door Redactie Metro: Iris Hermans Foto: Metro

 

Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.