Van der Steur voorspelde in brief 'gedonder' Teevendeal

Gepubliceerd op 6 juni 2016 om 21:15

Minister Ard van der Steur plaatste achttien kanttekeningen in de kantlijn van de brief over de Teevendeal. Hij las in 2014 als Kamerlid de tekst die de toenmalige minister Opstelten naar de Kamer wilde sturen. ,,Daar komt hoe dan ook gedonder van", schreef hij naast een van de alinea's.

Naamloos-1401.png

Het concept van de brief over de Teevendeal is vandaag vrijgegeven door het ministerie van Veiligheid en Justitie. Het was al bekend dat Van der Steur als Kamerlid betrokken was bij het opstellen van de tekst over de Teevendeal. Dat leidde tot kritiek, omdat van Kamerleden juist wordt verwacht dat zij zich juist kritisch opstellen tegenover ministers.

Van der Steur hielp minister Opstelten uitvoerig met de brief. Zo stelde hij voor een stuk tekst over herinneringen van mensen die betrokken waren bij de deal tussen justitie en drugscrimineel Cees H. te wijzigen.

Naast een andere alinea schrijft Van der Steur: ,,Waarom dit niet verwijderen?" Zijn adviezen hebben Opstelten uiteindelijk niet geholpen: de minister trad af na de commotie rondom de Teevendeal en het verdwenen bonnetje.

Grens
In een reactie zegt de huidige minister van Veiligheid en Justitie opnieuw dat hij het betreurt dat hij niet eerder een grens heeft getrokken bij zijn hulp aan Opstelten.

Hij benadrukt wel dat het ,,al vele jaren gebruikelijk" is dat ministers en Kamerleden dit soort contacten hebben. Van der Steur zegt dat hij de conceptbrief vandaag heeft vrijgegeven, omdat hij wil voorkomen dat de Kamer het gevoel houdt dat er informatie wordt achtergehouden.

Oosting
Woensdag debatteert de Tweede Kamer over het tweede rapport dat de commissie Oosting heeft geschreven over de Teevendeal. Daarin concludeerde het onderzoeksteam dat het op het ministerie van Veiligheid en Justitie een bestuurlijke chaos was. Er zou echter geen sprake zijn geweest van een doofpot.

 

Door Redactie AD Foto: ANP

Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.