Ook het volk heeft niet het laatste woord

Gepubliceerd op 3 juli 2016 om 10:04

Is dit dan misschien de mooiste omschrijving van democratie? Een systeem waarin niemand het laatste woord heeft. Sterker nog, waarin niemand het laatste woord mág hebben. Dus zelfs het volk niet, ook al is het volk in een democratie de bron van het bevoegde gezag.

Naamloos-1938.png

De Franse liberale denker François Guizot (1787-1874) loste deze schijnbare tegenstrijdigheid op door de soevereiniteit van het volk net voorbij de horizon te plaatsen. Je moest ernaar streven, maar net als de publieke rede was ze buiten bereik en niemand mocht beweren er greep op te hebben.

De soevereiniteit van het volk drukte volgens Guizot vooral uit dat geen enkele groep, klasse of religie mocht domineren. Niemand mocht het recht opeisen namens het volk te spreken, laat staan het laatste woord te hebben. Natuurlijk moesten er besluiten worden genomen, maar er mocht geen eind komen aan het publieke debat over besluiten. Geen besluit was onherroepelijk. Guizot meende dan ook dat politiek het zoeken is naar evenwicht, naar compromissen tussen strijdende partijen en belangen.

'Het volk aan de macht'
Zijn subtiele denken, dat is wel duidelijk, staat haaks op de populaire mening dat referenda het ideaal van de democratie zo niet in vervulling brengen dan toch wel benaderen, meer in elk geval dan de indirecte, representatieve democratie. Dit bepaald niet nieuwe verschil in opvatting heeft de laatste jaren scherpe en venijnige trekken gekregen, sinds populistische politici het hebben geplaatst in de tegenstelling volk versus elite.

De toenmalige SP-voorman Jan Marijnissen omschreef het referendum zes jaar terug in zijn Thorbecke-lezing als de ultieme expressie van het adagium 'het volk aan de macht'. Guizot heeft zich zonder twijfel omgedraaid in zijn graf, net als zijn tijdgenoot Thorbecke trouwens, de grondlegger van onze parlementaire democratie, waarvan de kern is dat de uitvoerende macht via het parlement verantwoording aflegt aan het volk. De gangbare term voor dit stelsel was in die dagen constitutioneel, niet democratisch. Misschien was het beter geweest als het zo was gebleven.

Ongelukkige naam
Al vaker heb ik de historicus Huizinga aangehaald, die in 1943 schreef dat democratie een ongelukkige naam is voor ons stelsel, omdat het volk nooit de macht kan uitoefenen, in de zin van goed en ordelijk een land besturen. Het ideaal dat de democratie in haar naam suggereert, is derhalve een illusie, iets dat Guizot al vroeg doorgrondde, evenals aan de overkant van de oceaan James Madison, de schrijver van de Amerikaanse Constitutie. Wat populisten thans doen is deze illusie transformeren tot een concreet bereikbaar ideaal.

En dat niet alleen. Zich opwerpend als de stem van het volk geven zij aan dit ideaal een absolute betekenis. Waar Guizot de relativering als waarde in een pluriforme samenleving van vrije burgers beklemtoonde, dreigt nu een radicale, zelfs rigide opvatting van democratie de boventoon te voeren. Daarbij veranderen democratische rechten, zoals de vrijheid van meningsuiting, in politieke wapens om andersdenkenden te intimideren, tot aanpassing te dwingen of uit te sluiten. Dit absolutisme heeft op de natie een verscheurend effect.

Geen democratische meerwaarde
Guizot schetste twee eeuwen terug, bekend met de gunstige en ongunstige kanten van de Franse Revolutie, het gevaar van deze tendens. Absolute macht, om het even of die ligt in één paar handen of in de handen van de meerderheid plus één, luistert alleen naar zichzelf, niet naar anderen. Het voornaamste doel van politiek was in de ogen van de liberaal dan ook het beperken van macht. Alle absolute macht achtte hij fundamenteel onrechtmatig.

Het zoeken van de gulden middenweg, waar Guizot in zijn denken logischerwijs op uitkwam, mag weinig spectaculair ogen, het spiegelbeeld is een verdeeldheid die niet langer overbrugbaar is. In dat geval, zou je zeggen, is de soevereiniteit van het volk als bron van bevoegd gezag in de democratie niet bevestigd, maar juist aan diggelen geslagen. Het Britse EU-referendum levert de beste illustratie: het heeft niet de macht van het volk geopenbaard, maar de diepe verdeeldheid van het volk

Net als in Nederland na het Oekraïne-referendum schiet in het Verenigd Koninkrijk het politieke leiderschap te kort en zijn de wetten van de politieke zwaartekracht te sterk om een raadgeving of raadpleging van de burgers ook letterlijk zo te verstaan.

Dat laat eens te meer zien dat het referendum voor de burgers helemaal geen democratische meerwaarde heeft. Het is vooral een wapen in handen van politici; voor populisten een breekijzer om de gevestigde macht aan het wankelen te brengen, voor de gevestigde orde een middel in de interne machtsstrijd, zoals Cameron en Johnson hebben laten zien.

Wie de vrijheid en de samenleving lief heeft, verwerpt het referendum.

Door Redactie Trouw: ANP

Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.