Het slechtnieuwsgesprek: je bent meer dan een tumor

Gepubliceerd op 5 november 2016 om 11:31

Wie hoort dat het helemaal mis is, heeft meer nodig dan een diagnose en een behandelplan. Nog veel te vaak ziet de arts een ziekte voor zich zitten, in plaats van een mens.

De wereld van John van Drongelen (69) uit Valkenburg stortte in toen hij in 2014 te horen kreeg dat zijn hoestje een agressieve vorm van longkanker was. En dat lag niet alleen aan de diagnose. De dokter keek op zijn pc naar de ­foto's en schudde zijn hoofd. ,,Hij zei: als we dit niet snel bestrijden, haal je de kerst niet eens meer.'' Minuten later stonden Van Drongelen en zijn vrouw aangeslagen bij de balie voor een nieuwe afspraak. ,,Mij ziet u niet meer terug, ik viel slechts even in'', had de dokter nog nonchalant meegegeven.

Van Drongelen schiet weer vol als hij vertelt hoe zijn slechtnieuwsgesprek verliep. En daar bleef het niet bij. De volgende arts die hij tegenkwam liet twee arts-assistenten op hem los en verschool zich achter de computer. ,,Alsof het de dokter niets interesseerde.'' Wederom had de Limburger te maken met een interimmer. Er vielen termen als 'zware ingreep', 'ribben openbreken' en 'stuk long afsnijden'.

Spoor bijster
Of en welke behandelkeuzes er waren? ,,Geen idee. Ik was het spoor bijster.'' Een derde arts bood soelaas. Begin 30, maar o zo waardevol, zegt Van Drongelen: Lizza Hendriks, long­oncoloog bij het Maastricht UMC+. ,,Zij ziet dat er achter de patiënt ook een mens zit.''   Om dat ook bij haar studenten tussen de oren te krijgen, laat Hendriks Van Drongelen zijn verhaal vertellen. ,,Het is goed voor artsen in opleiding om te horen wat slecht nieuws met iemand doet. Behandel iemand zoals je ook zelf behandeld zou willen worden, kijk niet op de klok, verschuil je niet achter een beeldscherm, maar zie de mens voor je, wat het nieuws met hem doet, benoem emoties. Vaak zijn patiënten bijvoorbeeld bang om te stikken.''   

Hendriks snapt het, maar zoveel collega's niet, betreurt Sandra van Dulmen, hoogleraar communicatie in de zorg aan het Nivel (Nederlands instituut voor onderzoek van de gezondheidszorg) en het Radboudumc in Nijmegen. Veelvuldig onderzoek toont dat het artsen nogal eens ontbreekt aan tijd en empathie. ,,Vaak presenteren artsen een diagnose en ratelen ze vervolgens door met medische informatie en details van een behandelplan.'' Aan dovemansoren gericht: ,,Een patiënt die slecht nieuws heeft gekregen, hoort even helemaal niets meer. Het beste is om dan ruimte te laten voor emoties, een stilte te laten vallen, aan te geven dat je begrijpt dat de boodschap erin hakt.''  

Dokters zijn er bovenal om medische problemen op te lossen, emotionele dilemma's zijn van een andere orde, stelt de hoogleraar. ,,Artsen vinden het moeilijk omgaan met gevoelens. Ze hebben daar niet voor geleerd. Maar door het uit de weg te gaan geven ze de patiënt het gevoel er alleen voor te staan, dat werkt allesbehalve geruststellend.''Al helemaal als ze zeggen 'helaas, wij kunnen niets meer voor u doen'. ,,Als de patiënt niet meer te genezen is, dan kun je hem nog wel zo goed mogelijk naar het einde begeleiden. Dus een zin als 'we zullen u niet alleen laten' is een stuk heilzamer.''

Inleven
Empathie, blijkt uit onderzoek, zorgt dat patiënten meer onthouden, minder bang zijn en minder pijn ervaren. Maar er is meer nodig voor een goed slechtnieuwsgesprek. De arts moet zich inleven in de patiënt. Wat voor type mens zit er voor hem? Komt degene zelf met vragen? Wil hij het roer in eigen hand nemen, of laat hij het liever over aan de dokter? Hoe ziet iemands thuissituatie eruit?

Lees het hele artikel op: http://www.ad.nl/dossier-ad-ziekenhuis-top-100/het-slechtnieuwsgesprek-je-bent-meer-dan-een-tumor~a6fa2d18/

Door de Redactie AD: Foto:  Mark Reijntjens

 

=========================================================

Vijf slechtnieuws tips voor de dokter

1. Neem de tijd voor het gesprek.
2. Voer het gesprek altijd in persoon.
3. Toon empathie. Gebruik zinnen als ‘ik begrijp dat u hiervan schrikt’.
4. Stort geen informatie over iemand uit, en al helemaal niet informatie die er niet toe doet, zoals ‘u had ook een ander soort tumor kunnen hebben’.
5. Kijk naar de patiënt als mens. Vraag je af: wat wil en past bij die persoon en kom samen tot een weloverwogen besluit. Eventueel voer je twee of drie gesprekken.

================================================

 

Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.